[potloodcast] Episode 31 Ephameron
Episode 31: Ephameron

In deze potloodcast verwelkomt Floortje Smit illustrator Ephameron (Eva Cardon), wiens werk de vluchtigheid van grote levensmomenten vastlegt. Haar intieme illustraties, vaak in aquarel en met grafische vormen, reflecteren op thema’s zoals liefdesverdriet en ouderschap. Ephameron heeft gepubliceerd in toonaangevende media en is artistiek directeur van het Grafixx festival. Daarnaast is ze doctor in de kunsten en geeft ze les aan de LUCA School of Arts.

1. Een invloedrijk beeld uit je jeugd
Het schilderij Baadster (1910) van de Belgische kunstenaar Léon Spilliaert (1881-1946) heeft een diepe indruk op mij gemaakt tijdens mijn jeugd. Toen ik een jaar of tien was heb ik dit werk voor het eerst gezien tijdens een uitstapje met mijn ouders naar het Koninklijke Museum voor de Schone Kunsten in Brussel. Mijn ouders zijn kunsthistorici, mijn vader is inmiddels gestorven, en namen mijn zussen en mij overal mee naar toe. Deze bezoekjes zijn heel bepalend geweest voor mijn jeugd en mijn opvoeding. Wanneer we ergens kwamen mochten mijn zussen en ik altijd een ansichtkaart uitzoeken als aandenken. Die keer in Brussel mochten we een affiche uitzoeken, en toen heb ik een affiche gekozen van het werk van Spilliaert. Dit affiche hangt nog steeds boven mijn bed in mijn kinderkamer. Het is een werk waarvan ik vind dat je ernaar kunt blijven kijken door de eenvoudige vormen. Je kunt er ook bij wegdromen omdat de figuur met haar rug naar de kijker is geplaatst waardoor je je met haar kunt vereenzelvigen en haast met haar meekijkt. Spilliaert is één van de kunstenaars waar ik heel erg naar op kijk. Iets dat mij erg aanspreekt in zijn werk is hoe hij werkt met licht en donker.
Tijdens deze bezoekjes legden mijn ouders heel weinig uit, omdat mijn zussen en ik vaak niet wilden luisteren, en we mochten vooral zelf kijken en rondlopen. Het was dan ook vaak de afspraak dat we ‘s morgens een museum of iets dergelijks bezochten en ‘s middags iets wat mijn zussen en ik leuk vonden.
Zoals elk kind tekende ik wel in mijn jeugd maar ik wilde toen nog geen kunstenaar of illustrator worden. Ik wilde toen graag piloot worden, maar zodra ik een bril kreeg kwam deze droom ten einde.




2. Invloedrijk beeld voor je kunstenaarscarrière
Het eerste beeld dat ik heb uitgekozen voor deze vraag is een werk van Masaccio (1401-1428). Het is een fresco dat bekend staat als De Verdrijving van Adam en Eva uit de Hof van Eden (ca. 1424). Ik verzamelde vroeger dus ansichtkaartjes en omdat ik Eva heet vonden mijn ouders het leuk om, wanneer zij zonder ons op reis waren, mij kaartjes van Eva’s te sturen. Die namen zij bijvoorbeeld mee wanneer zij kerken bezochten. Deze fresco van Masaccio is mij altijd bijgebleven vanwege Eva’s gezichtsuitdrukking. Ze heeft een heel gruwelijke en angstige blik, en ik vond die blik heel pakkend.




Het tweede beeld dat ik voor deze vraag heb uitgekozen is een werk dat bekend staat als Portret van een jonge vrouw (ca. 1470.) gemaakt door de Vlaamse kunstenaar Petrus Christus (ca. 1410- 1475). Ik heb dit werk tijdens mijn jeugd veel gezien omdat het de voorkant was van een boek dat we thuis hadden. De titel weet ik niet meer, maar het ging over de Vlaamse Primitieven. Dit boek heeft veel indruk op mij gemaakt. Iets dat ik heel interessant vind is dat het een portret van heel jonge vrouw is, maar dat ze er toch zo volwassen uitziet. Daarnaast vind ik het contrast tussen de witte huid en haar donkere kleding en de donkere achtergrond treffend. Opvallend is ook dat in dit werk een achtergrond te zien is, in andere Vlaams Primitieve werken is dit vaak niet het geval omdat de achtergrond helemaal donker is. Een ruimte is heel belangrijk om een verhaal mee te vertellen. In die tijd was het gebruikelijk voor portretten in de schilderkunst om het model in een binnenruimte af te beelden, terwijl de kijker ook kon uitkijken over het landschap in de achtergrond.

3. Een werk van eigen hand dat je eerste schreden op het pad van illustrator verbeeldt
Eén van de beelden die ik voor deze vraag heb uitgekozen is een kindertekening die ik heb gemaakt toen ik ongeveer vijf jaar oud was. Het is een tekening van Maria met Jezus op schoot. Ik was niet uitzonderlijk veel met tekenen bezig dit is eigenlijk één van de weinige tekeningen die ik heb teruggevonden.



Het tweede beeld is één van de eerste illustraties die ik voor het werkveld heb gemaakt. Dit was één van de eerste opdrachten waarbij ik echt een klik voelde. Ik weet niet meer precies waar het artikel overging. Tot dan toe maakte ik vooral letterlijke vertalingen van de onderwerpen die ik moest illustreren voor de opdrachtgevers. Dit was echter één van de eerste keren dat ik suggestiever en abstracter te werk ging en ik merkte dat dit meer bij mij en mijn stijl paste.



Een ander werk dat bepalend is geweest voor mijn carrière is de graphic novel Wij twee samen (2015) die ik gemaakt heb over mijn vader en de ziekte waaraan hij overleden is: temporale afasie. In dit boek leg ik vast hoe dit hele trage proces verliep en hoe zijn familie hem hierin heeft ondersteund. Het eerste stuk van het boek gaat over zijn mentale aftakeling en het tweede stuk gaat over zijn fysieke aftakeling. Binnen films en literatuur is veelal geen aandacht voor deze aftakeling. Voor mij was het heel pijnlijk dat wat wij meemaakten eigenlijk nergens te zien was. Ik wilde het hele proces daarom vastleggen om hier verandering in te brengen. Toen mijn vader net ziek was, schreef hij gedichten over zijn ziekte en ik maakte daar illustraties bij. Ik ga er hierdoor vanuit dat mijn vader het niet erg vond dat ik dit boek over hem en zijn ziekte gemaakt heb. Hij wilde juist graag dat zijn situatie werd vastgelegd en ik denk ook dat mijn vader trots op mij zou zijn dat ik dit boek gemaakt heb. Dit project heeft mij ook heel erg geholpen binnen mijn verwerkingsproces. Door dit project kon ik afstand nemen van de situatie.

4. Een autonoom beeld van eigen hand
Het beeld dat ik voor deze vraag heb gekozen is de cover van het boek Nooit meer alleen (2021) dat ik gemaakt heb na Wij twee samen (2015). In dit boek heb ik ook meer afstand genomen van het onderwerp. Het boek gaat over moederschap. Ik heb hiervoor niet alleen mijn eigen ervaringen gebruikt, maar heb ook heel veel interviews afgenomen met andere ouders. Met ouders bedoel ik niet alleen mensen met kinderen, maar ook mensen met een kinderwens, mensen die geen kinderen willen en mensen die een kind hebben verloren. Ik heb al hun verhalen samengebracht en geprobeerd om uit deze verhalen één narratief te vormen. Ik heb met opzet gekozen voor een titel die ambigue is. Aan de ene kant ben je alleen, maar je bent ook nooit meer alleen wanneer je een kind hebt of wilt. Ik voelde me heel alleen in het proces van moeder worden en moeder zijn, terwijl je toch samen als gezin deze dingen beleeft. Ik had het gevoel dat ik in een cocon zat.



Voor mij zijn Wij twee samen en Nooit meer alleen onlosmakelijk met elkaar verbonden, ik zie ze ook wel als een tweeluik. Toen mijn zoon geboren werd leefde mijn vader nog en werkte ik aan Wij twee samen. In die periode wist ik wel al dat mijn volgende boek over ouderschap zou gaan. Drie weken nadat Wij twee samen uitkwam is mijn vader overleden. Ik zie een bepaalde serendipiteit tussen deze twee boeken. Ik ben in die zomer ook gelijk begonnen aan Nooit meer alleen, beide boeken zijn dus erg verweven met elkaar.
Nooit meer alleen heb ik ook wel een tentoonstelling op papier genoemd, omdat ik de lezer veel vrijheid geef om te dwalen in mijn boek. Ik vind het belangrijk dat de lezer veel ruimte krijgt voor zijn eigen interpretatie. Elk blad is eigenlijk een kamer die je open kunt slaan.
Nooit meer alleen was ook onderdeel van mijn doctoraat. Een doctoraat in de kunsten bestaat uit een praktisch deel , in dit geval het beeldverhaal, en een theoretisch deel, een thesis waarvoor ik het moederschap in de kunsten heb onderzocht. Het schrijven van mijn thesis, en het onderzoek dat ik daarvoor gedaan heb, heeft mij ook enorm geholpen met het schrijven van Nooit meer alleen. Ik heb voor dit project veel steun ervaren van mijn opleiding en het team dat mij ondersteunde en feedback gaf. Ik vond het ook prettig dat er een bepaalde druk achter zat.

5. Een toegepast beeld van eigen hand
Het beeld dat ik voor deze vraag heb gekozen is een beeld dat ik gemaakt heb voor het Franstalig Belgisch dagblad L’Echo. De afgelopen jaren heb ik veel voor hen gewerkt. Het is een illustratie bij een artikel dat vlak na de pandemie gepubliceerd is. Dit artikel ging over stellen die tijdens de pandemie uit elkaar zijn gegaan, bijvoorbeeld doordat ze op elkaars lip zaten.
Het stel in mijn illustratie staat met hun ruggen tegen elkaar en lijken hierdoor ook met elkaar versmolten te zijn. Binnen mijn illustratie heb ik willen laten zien dat er broeierige emoties tussen hen spelen. Ik vind het interessant om een gemoedstand te vangen en ook om verstilling te verbeelden. Dit is misschien ook de reden waarom kunst uit de Italiaanse Renaissance en het werk van de Vlaamse Primitieven mij erg aanspreekt. In werken uit deze periodes speelt verstilling ook een grote rol. In hun werk wordt vaak een moment gevangen en lijkt het alsof de tijd stilstaat. Binnen mijn werk toon ik mensen ook bijna altijd zonder grote emoties, ze ogen vaak heel rustig. De emoties zijn terug te vinden in de poses, de handen, hoe mensen tegenover elkaar staan en de gebruikte kleuren en texturen. Ik kies de kleuren altijd heel zorgvuldig uit. Ik heb vaak wel een idee over welke kleuren bij een bepaald onderwerp passen.



Ik hoef ook niet altijd een persoonlijke connotatie met onderwerpen te hebben, ik vind het ook boeiend om illustraties te maken voor artikelen over financiële onderwerpen. Binnen dit soort opdrachten is het voor mij de uitdaging om er iets menselijks van te maken.

